Veel ouderen gebruiken medicatie om het risico op hart- en vaatziekten (HVZ) te verlagen. Naarmate iemand ouder wordt, verschuift echter de balans tussen de voor- en nadelen van deze medicatie. Dit kan leiden tot zowel over- als onderbehandeling.
In het recente Medicijnjournaal wordt dit onderwerp uitgebreid besproken, met onder meer inzichten uit de DANTON-studie. Bekijk hier de verkorte versie van het item: Youtube-link.
In het Medicijnjournaal worden vijf vragen benoemd die kunnen helpen bij het kritisch kijken naar cardiovasculaire medicatie van ouderen:
- Heeft de patiënt al eerder HVZ gehad?
- Is er sprake van een voldoende resterende levensverwachting?
- Zijn er andere complexe gezondheidsproblemen aanwezig?
- Ervaart de patiënt hinderlijke klachten mogelijk veroorzaakt door de HVZ-medicatie?
- Wat is de context van de patiënt en wat zijn diens wensen?
Een aantal algemene uitgangspunten die in het Medicijnjournaal zijn:
- Voor medicatie met een indicatie anders dan hypertensie is het advies om terughoudend te zijn met het stoppen ervan.
- Bij kwetsbare ouderen met dementie wordt geadviseerd niet standaard proactief af te bouwen, omdat de nadelen vaak opwegen tegen de voordelen.
- De wens van de patiënt moet altijd leidend zijn bij het maken van keuzes over het stoppen of doorgaan met HVZ-medicatie.
Wil je meer weten? Bekijk het hele item in het Medicijnjournaal via deze link
